TAN MALAKA

MADILOG


INLEIDING


Klimaat

Mokojobi, 15-6-2602, de officiële datum nu, de tijd dat ik `Madilog` schrijf. Volgens de berekening van de "heer" die juist nu van zijn troon over de heerschappij van Indonesië valt is het gelijk aan donderdag 15 juli, 1942. Indonesische leerlingen die naar een Arabische school gaan dicht in de buurt van mijn plek waar ik dit schrijf, dateren de dag donderdag, maand Radjab de 30 ste, 1362.

Dit alles geeft een illustratie dat Indonesië in feite geen datum heeft hoe oud het zelf is. Echt Indonesië is nog niet boven komen drijven uit die verzonken eeuwen.

11 Juli 1942 `s avonds, kwam ik aan in Jakarta Jakarta. Ik verliet Telok betong (Telukbetung)Telok betong op 7 juli. `t Schijnt op dezelfde datum dat ir. Sukarno Palembang Palembang verliet.

Maar er is een verschil.

De boot waar ik in meevoer was slechts een zeilboot van niet meet dan 4 ton, oud en lek ofschoon haar naam aangenaam luidde `Sri Renyet`. Die prauw was helemaal een speelbal van de wind. Wanneer de wind het van achteren voortjoeg. Wanneer het van voren neerkwam, zelfs dichtbij de rotsen, wanneer het niet weer wilde terugkeren of verzonk.

De boot van ir. Sukarno berichtte hij werd getrokken door een Japans motorschip. Dat was de reden ofschoon we gelijk op weg gingen en ik twee keer dichterbij dan ir. Sukarno van de plaats van besteming was, ik twee keer zo lang als hij op pad, pas aankwam.

Er is nog een verschil.

Ofschoon mijn verbanning twee keer zolang was als de 10 jaar verbanning van Ir. Sukarno en ik in feite niet officieel terug ben, ik toch weer opnieuw niet openlijk mag werken. Terwijl ir. Sukarno toestemming `kreeg` om `propaganda` te maken. In de `stralende zon` uitgegeven door het hoofd algemene zaken uit de propagandalijst Dai Nippon Palembang in nr.49, Kayobi of dinsdag, 23-6-2602, in het artikel `In de frontlinie` moedigt meneer Sukarno de Indonesische bevolking op actief op vol vermogen samen te werken met Dai Nippon. Het motief, slechts door samen te werken met Nippon, zullen we ons ideaal van een groot Indonesië in een groot Aziatische omgeving kunnen bereiken.

Maandag 13 juli (niet schrikken voor het getal 13), ir. Sukarno schudde de handen van drs. Mohamed Hatta leider van Nationalistisch Indonesië die gelijk in hoogheid met ir. Sukarno beiden knap slim, gestudeerd, moedig, bestand en bereid de ontberingen van het leven te ondergaan, dat is, tot Japan binnenkwam.

Naast de foto staat geschreven: `ir. Sukarno en drs. Mohammed Hatta schudden handen als verklaring samen te werken ten behoeve van de bevolking`.

Met lege handen zoek ik het artikel van die twee leiders dat verbonden is met de problematiek. 1.hoe is het statensysteem van Groot Azië, 2. Wat is de positie van Groot Indonesië in een Groot Aziatische omgeving in de vorm van dat militair Japan, 3. Hoe is het statensysteem van Vrij Indonesië zelf,4,5 ad.infinitum, dat is niet meer te stoppen.... Conclusie: de twee nationalistische leiders waren al begonnen hun idealen tot uitvoer te brengen, dat onder de punt van het zwaard van de Samurai.

Tenslotte het derde verschil. Terwijl beide leiders officieel werden opgevangen met blijdschap door hun volgelingen, zoals een `bever` (boos aantekening uitgever) die zoals bekend leeft in een ruimte die hij gemaakt heeft onder water, moest ik me kleden als iemand van de streek, die natuurlijk al geoefend was als vluchteling voor meer dan 20 jaar. Als het weldra zeker is dat de groep (klas) waar ik tot nu toe voor op de bres kom hun rechten kunnen uitoefenen, dan kan ik binnenkort de `schuilplaats` verlaten.

Maar de schuilplaats is nu een veel betere plek dan die van weleer. De situatie is niet zoals in China of aan de grenzen van koloniaal Nederland, noch als in Indonesië zoals 4 jaar geleden, maar te midden van bewoners en volk die lichaam en ogen vormen voor mij en wiens woord en manier van doen ik snel begrijp. Mijn buurman mengt zich niets steeds mopperig in, wie je bent, en waar ik ook vandaan kom in vorm van lichaam, gelaat, en taal zijn we allemaal gelijk.

Vanuit hier kan ik de standpunten en verrichtingen van de Japanse strijdkrachten bestuderen met standpunten en verrichtingen van de leiders van Groot Indonesië in een Groot Aziatische omgeving. Maar ik mag niet meer hopen van alleen hun bestuderen.

Ik ben bekend met de gewone man van Japan in tijd van vrede. Zij weten het verschil tussen wat slecht en wat goed is dat uit het westen komt. Zij zijn moedig en zijn informeel met andere volkeren. Maar de Japanse strijdkrachten die nu de vijand in de gaten houdt met getrokken zwaard, en vaak hun geduld verliezen tegenover het Indonesisch arbeidersvolk, is geen organisatie die in staat is om aan te dringen te vergaderen over politiek gebaseerd op het proletariaat.

De voorzitter van de stad Jakarta (H. Dachlan Abdullah) zat op mijn bank met mij, toen hij studeerde in Indonesië en vaak in de slaap- en eetkamer in Indonesië en Europa. Drs. Mohammad Hatta is ook geen vreemde voor mij. Ik heb nog geen ontmoeting gehad met ir. Sukarno. Maar de sympathieke woorden over mij eerder heb ik veel gelezen. Hun drieën zijn hier, dichtbij en als ik hen zou willen ontmoeten, neem ik weer mijn geld terug dat ik eerder bij de Nederlandse Bank (Javaanse Bank) heb gedeponeerd voor ik naar het buitenland ging. Ik kan mijn leven ruimer maken, bezocht mijn familie die nog leven en zocht het graf van mijn moeder en vader die beiden zijn gestorven in de tijd dat ik rondzwierf. Maar het is zeker moeilijk, onmogelijk soms voor mij om het gordijn van ijzer van de Dai Nippon dat hun huizen omringd door te komen. Stel dat het kan, zeker dat mijn `schuilplaats` niet meer veilig is.

Zo is het klimaat, de politieke stemming toen ik begon aan de schepping van `Madilog` op papier. Ik bevind me te midden het gewone volk van Indonesië, dichtbij familie en vrienden. Maar de realiteit en mijn verstand dwingt me te blijven tussen het volk dat vaak mijn naam noemt, maar mijn uiterlijk niet kent.

De eerste vraag die bij je zelf moet opkomen; het boek dat natuurlijk als eerste moet worden geschreven is dat `t meest klopt met de realiteit van binnen en buiten mezelf.

Er zijn drie boeken waarmee ik al jaren op zak loop met het idee, maar niet heb kunnen verwezenlijken.

1. Uitnodigen het proletariaat te denken, wat ik nu noem Madilog.
2. De Aslia Federatie dat is het model van Azië-Australië, te weten de Federatie van alle landen aan de brug tussen Azië en Australië en hun leiders in Azië en Australië.
3. Verschillende ervaringen van mij die kennis en advies mogen zijn voor hen die het willen opnemen.

In een normale situatie, kunnen die drie worden gedrukt in één periode, dat is beetje bij beetje. Omdat inderdaad de onderwerpen al zijn gevuld, alleen niet altijd zijn geordend naar tijd en plaats is het niet veroorloofd deze uit te geven.

Qua opbrengst aan vruchten van denken, treffen we die kwestie ook aan in zoals die wordt aangetroffen als mensen handelswaar produceren. Men moet niet slechts denken aan onkosten (ongkos) ten behoeve van het produceren, maar ook over de vraag van het publiek (demand). Onkosten kan ik zoeken. In China had ik dagelijks een bron van inkomsten. Toen het vliegtuig van Japan aankwam in Amoy Xiamen eind van de maand augustus 1937 moest ik de `School of Foreign Languages` verlaten die ikzelf had opgericht en snel succes had. Ik moest verhuizen naar het zuiden, vooral omdat al mijn leerlingen vluchtten en de bewoners van Amoy in de war.

In Signapore Singapore bij de chinese bevolking met een chinese naam en paspoort (allicht buiten medeweten van de Engelsen die druk bezig waren naar mijn spoor te snuffelen), had ik succes op te klimmen van lagere school naar hoofd van de middelbare school die het hoogst was in zuidelijk Azië, namelijk Nanyang Chinese Normal School (NSNS). Hier was ik incognito als Tan Ho Seng als leraar engelse taal, tot de school werd gesloten toen Japan binnen viel. Dus in het geval van onkosten kon ik boeken drukken die noodzakelijk waren. Mijn inkomsten (geld) als leraar engels overdag en `s avonds was meer dan voldoende voor mezelf.

Maar de kwestie van distributie was een ander punt. Dat was nauw verbonden met krachten buiten mij om.

Ofschoon in de jaren 1925-1935 mijn verstand als lamgeslagen was, omdat de gezondheid ernstig was verstoord, maar vanwege krachtig publiek verzoek, ik, met een gezondheid en een veiligheid van mijn leven zeer gestoord en gedwongen te vluchten van hier naar daar, is het ook gelukt `Naar de Republiek Indonesië`, `Massa Actie` en `Geest van de Jeugd` te drukken. Allen waren bedoeld als advies voor de beweging in Indonesië.

Met moeilijke verbindingen en ver van mijn plaats betekende dat heel weinig van die boeken de handen bereikten van de verantwoordelijken in Indonesië. Waarschijnlijk 99% van al die boeken liggen nog verspreid dan wel beschimmeld buiten Indonesië. Maar waar ze aankwamen, was hun opbrengst ook bevredigend.

Dus toen ik zelf werd gearresteerd in Hongkong aan het eind van het jaar 1932 - dit voor de 3de keer - en al mijn strijdmakkers waren gearresteerd in Signapore en ge-bovendigoeld waren (geïnterneerd - aantekening uitgever) toen was mijn verbinding met de kameraden en vrienden in de strijd op alle plaatsen plotseling afgesneden. Verscheidene keren heb ik geprobeerd verbinding te leggen met de bevolking van Indonesië vanuit Signapore maar dat mislukte telkens. In Signapore van 1937 tot 1942 was ik getuige en bedroefd hoe groot de zorgen waar Volk en proletariaat voor staan in de zaak een politieke organisatie op te richten, meer nog in het geval van een geheime organisatie. Ver achtergebleven is Indonesië bij het regelen van een geheime organisatie vanuit China bijvoorbeeld.

Ik geloof dat de vraag naar boeken voldoende sterk is terwijl de lust en de moed om boeken te zoeken of verboden boeken rond te delen vrij groot is, maar het Volk van Indonesië is nog niet bij machte de klap van de reactie van Nederland te boven te komen. Kosteloos wanneer die boeken worden gedrukt, als alle druk materialen en onkosten worden gevonden. Daarmee in verband ben ik gedwongen mijn bedoelingen jaren uit te stellen, tot nu.

Veel machine en grond proletariërs (lees industrie arbeider - aantekening uitgever) (lees land arbeiders - aantekening uitgever) in Indonesië en hun geheime kracht is wel al voldoende sterk om de macht te veroveren van imperialistisch Nederland. Maar zijn pupillen zijn nog heel schaars en niet kloppend met de behoefte en verplichting van hun klasse voor de toekomst. Zij missen een wereld visie (Weltanschauung). Missen filosofie. Zij liggen dik bedekt onder de kennis over het hiernamaals gemengd met fantasie. Zij zijn zich niet bewust van de macht van hun klasse. Nog niet het zelf besef dat zonder de steun van de machine proletariër, alle pogingen voor de strijd en vorming van Vrij Indonesië zonder meer nutteloze pogingen zijn. Twintig jaar geleden was ik zeker van de kracht van dat verborgen proletariaat. Nu ben ik daar zelfs niet meer zo zeker van.

Filosofie van het proletariaat is er nog wel, namelijk in het westen. Maar door alle boeken dialectisch - materialisme te vertalen en die boeken op te dringen aan het proletariaat van Indonesië zal ons geen resultaat opleveren dat `n plezier doet. Ik denk dat het verstand van de Indonesische machine proletariër een begrip niet kan bevatten dat zich uitspint en opkomt in de Indonesische maatschappij in zaken als klimaat, geschiedenis, staat van ziel en hun verlangens.

Het proletariaat van Indonesië moet op zijn minst in beginsel, lezingen hebben die in contact staan met hedendaagse inzichten, voordrachten die weldra een brug kunnen vormen met de filosofie van het proletariaat van het westen.

Ik geloof dat er nu verstand is in Indonesië dat beter geoefend is dan ik en de pen scherper dan deze verroeste pen, daar deze sinds meer dan 10 jaar niet is gebruikt. Tenslotte zijn er deskundigen in de Indonesische taal die bekwamer ziel en geest van Indonesië kunnen veroveren dan mijn taal dat begraven lag in het buitenland voor meer dan de helft van mijn leven.

Maar omdat het verstand, de pen en die soortgelijke taal ik nog niet naar buiten zie komen, ben ik dus gedwongen baan te breken. Zeker hoop ik van harte op hulp in het verbeteren door publiek, wanneer men een vergissing tegenkomt.

BIBLIOTHEEK

Wij herinneren ons nog hoe wijlen Leon Trotsky werd bespot, omdat hij boeken in kisten meebracht naar zijn eerste verbanningsoord in Alma Ata Alma Ata. Ik zal de verschillende artikelen die in verband staan met de boekenkisten die drs. Mohammed Hatta begeleidden naar de plaats van zijn verbanning niet vergeten. Inderdaad ken ik het standpunt van de twee leiders en eigenlijk heb ik veel berouw omdat ik het niet zo heb kunnen doen en `t altijd mislukte te proberen zoiets te doen.

Voor iemand die leeft met een idee dat moet worden verspreid, zowel met de pen als met de mond, zijn voldoende boeken noodzakelijk. Een ondernemer kan geen gebouw maken als zijn werktuigen zoals cement, baksteen enz. er niet zijn. Een auteur of een deskundige spreker, zal aantekeningen uit boeken van de vijand, kameraden of leraren nodig hebben. Notities die volmaakt en precies zijn kunnen de vijand zo snel als een bliksemflits onderwerpen en kunnen een volledig gesympathiseerd overleg en vertrouwen veroveren. Goed voor de polemiek, pennenstrijd, goed voor propaganda, die notities zijn dus voorwerpen die niet kunnen worden gemist zoals cement en baksteen bij het maken van een gebouw. Behalve dat deze nodig zijn als grondstof, zijn boeken stellig van groot nut voor kennis in algemene zin.

Tijdens het verloop van mijn eerste verbanning, dat was van Indonesië, op 22 maart 1922, werd ik voldoende begeleid door boeken, hoewel het niet meer was dan één grote kist. Er waren godsdienstboeken, Koran en heilige boeken van Christendom, Boeddhisme, Confucianisme, Darwinisme, economische onderwerpen liberaal, socialistisch, of communistisch gegrond, politieke onderwerpen ook van liberalisme tot aan communisme, boeken over de wereldgeschiedenis en schoolboeken van wiskunde tot pedagogie. Boeken zo oud net kameraden en leraren die ik gedwongen was achter te laten in Nederland omdat toen ik naar MoskouMoskou ging ik door Polen moest dat in vijandschap leefde met Communisme. Uit de verschillende optekeningen van de bovengenoemde boeken, kan men weten waarheen mijn ideeën neigen.

In Moskou verifiëerde ik mijn kennis over communisme. In die 8 maanden tijd hier las ik weinig, maar bestudeerde veel de verwezenlijking van het communisme in alle zaken door te observeren al de verrichtingen van de regering van communistisch Rusland zowel politiek als economie, opvoeding of cultuur en met gesprek in een omgeving van allerlei groepen. Hier schreef ik ook veel over Indonesië als verslag voor het Komintern. Toen ik Rusland verliet, nam ik geen enkel boek mee, ook het aantekeningenboek niet. Het onderzoek aan de grens Rusland verlatend was heel streng.

Maar aangekomen in China en vervolgens in Indonesië, verzamelde ik actief boeken die in verband stonden met economie, politiek, geschiedenis, wetenschappelijke kennis, science (sajans), nieuwe boeken gebaseerd op socialisme en communisme. Boekwinkels opzoeken is werk dat blijft en ik energiek uitvoer. De lust een nieuw boek te kopen, meer nog handelend over de economie van Azië, maakt mijn portemonnee een pop zonder enig vermogen. Maar het is niet veel geluk wat ik krijg. Naar aanleiding van mijn verlamde verstand zoals ik boven heb genoemd, kon ik niet meer dan één uur per dag de zich opeenstapelende boeken lezen. Ik was gewongen te wachten totdat de gezondheid het toeliet, maar `t schijnt boeken kunnen me niet bewolken.

Tijdens Japans-Chinese oorlog in Shanghai Shanghai eind jaar 1937, was ik drie dagen lang omsingeld achter de weg met de naam `Noord Su Chuan Weg`, vlak bij de plek waar de eerste strijd uitbarstte. Vanaf de Noord Su Chuan weg schoot Japan dus richting de Pao Shan weg en het Chinees leger de tegenovergestelde kant op. Onder meer in de kampong Wang Pan Cho zat ik vastgenageld met mijn boeken. Al twee of drie dagen gaven de Japanse strijdkrachten toestemming aan de kampong van mijn verblijf te verhuizen, naar een veiliger oord te gaan in een tijd van slechts 5 minuten. Ik volgde de verhuizing gehaast. Natuurlijk moesten de boeken achterblijven. Toen ik mijn huis opzocht nadat de oorlog al voor een maand was afgelopen, was er bijgevolg geen vel papier overgebleven. Dat was duidelijk `lalilong` alias werk van de zakkenroller. Dit maakte me niet wanhopig. Zo lang als er boekwinkels zijn, zo lang kunnen boeken weer worden gedrukt. Zo nodig en natuurlijk nodig, worden kleren en eten te kort gedaan.

Tot ik werd gearresteerd in Hongkong Hongkong op 10-10-1932, bezat ik ook weer een boekenkist. Na twee maanden in de gevangenis, werd ik vrij gelaten om te worden misbruikt zoals een kat speelt met een muis. En toen dicht bij Amoy, kon ik het van me afzetten. Maar met het kwijtraken van mijn eigen boeken. Mijn boeken, zonder mij, varen af op Foechow Fouchow. Ik was vrij van gevaar, maar ook vrij van boeken. Het lukte mij incognito Amoy binnen te komen en vervolgens het gebied Hok Kian in, drie - vier jaar lang, helemaal afgesneden van de buitenwereld, pauze nemend, medicijnen gebruikend totdat `t helemaal beter was.

De nieuwe boeken die ik verzamelde in Amoy van het jaar 1936 tot 1937, ook nu, ook nu hier verborgen, toen de Japanse strijdkrachten binnen kwamen in het jaar 1937. Zelfs twee drie boeken heel erg belangrijke aantekeningen welk materiaal werd verkregen met eigen ogen, dat wil zeggen: belangrijke aantekeningen, voor boeken die ik nu wil schrijven, moet ik in de zee dichtbij Merqui Merqui gooien, voor aankomst in Ranggoon Ranggoon.

De beslissing te scheiden van die twee boeken aantekeningen werd genomen met een erg verdrietig gevoel. Maar die beslissing bleek naderhand juist. De douane van Ranggoon onderzocht de boeken van mij die nog in de boekenkist waren zoals `English Dictionary` heel nauwkeurig, zelfs het omslag werd zeer goed onderzocht. Ook de portemonnee is niet veilig. Tussen Merqui en Ranggoon aan de kust, daar liggen verschillende boeken vol aantekeningen voorzien van een schema, notities en suggesties of adviezen voor het werk van nu.

De eerste drie jaar in Signapore was ik heel arm. Het loon dat binnen kwam was heel weinig - zes en een halve roepia per maand. Zonder Singaporees diploma, zonder geboren te zijn in Signapore, een Chinees paspoort dragend, zelfs Chinees kunnen praten, maar niet Chinese karakters kunnen lezen wordt het moeilijk werk te vinden dat veel oplevert voor een Chinees bedrijf. Ook was het moeilijk toestemming te krijgen van meneer de inspecteur Engelse taal te onderwijzen, terwijl de Indonesische bevolking helemaal geen betekenis heeft in de vroegere stad `Tumasek` (naam van huidig Signapore in het tijdperk van Majapahit) Al dit geld ging naar eten, kleren worden maar niet genoemd. Lid worden van boeken (Library) kon niet. Hier kwam mijn verstand en gezondheid weer helemaal terug, wat nog werd vergroot door de inhoud van nieuwsbrieven, en waarnemingen van eigen ogen en oren. Maar geleidelijk aan uit mijn eigen activiteiten kon ik werk vinden dat heel goed was.

Zoals ik boven noemde, kon ik uiteindelijk werk vinden op de normale hoge school (Nanyang Chinese Normal School) als leraar engels en later ook als leraar wiskunde in en buiten genoemde school. Ik begon aantekeningen te verzamelen voor boeken die ik nu wil schrijven. De Rafles bibliotheek gaf gelegenheid en grote aandacht. Het boek dat ik het meest leende was Capital, Karl Marx. Maar de luchtmacht van Japan hield niet op dag in dag uit aan te komen. Even moest ik onderduiken. Alleen in het beschermende hol kon ik Kapitaal lezen, om materiaal bijeen te brengend dat ik in feite herhaaldelijk las. Tot aan 15 februari 1942 bleef ik bij dat Capital met nogal wat aantekeningen. Maar nadat Signapore was overgedragen, alle mannelijke en vrouwelijke bewoners, jong en oud werden, met links en rechts getrokken zwaard, met onafgebroken dreigementen, voortgejaagd naar een stuk terrein. Hier werden honderden Chinese bewoners op een dag gearresteerd voor verhoor. Hier stond ook ik mee voor het machine geweer. De volgende dag vernamen we dat het plan van de strijdkrachten van Japan begonnen was dat wil zeggen het vernietigen van alle Chinese bewoners die in Signapore waren. Maar werd verijdeld door de Japanse groepering die nog gezonde ideeën en gevoel voor verantwoording tegenover de rest van de wereld had.

Voordat we naar dat terrein werden overgebracht, wist ik al dat er geen hoek van huis of erf dat wij moesten verlaten gedurende het onderzoek dat naar de persoon werd uitgevoerd, zou worden vergeten door de kempei van Japan. Na het vertrek was het huis waar ik verbleef onderzocht en leeggeroofd. Voorwerpen van waarde verdwenen naar de zakkenroller.

Voordat ik het huis verliet naar het terrein van het onderzoek kreeg ik gelukkig gelegenheid het boek Capital onder water te verstoppen. In `upper Serangoon Road` voor het huis van meneer Tan Kin Tjan, daar nu in een afgedamde visvijver (stuw) bevond zich het boek Capital vertaling van `Das Kapital` in de Engelse taal, mijn leen, Tan Ho Seng, van de Raffles bibliotheek in Signapore.

Na twee of drie weken gaf Signapore zich over, ik probeerde met een prauw over te steken naar Sumatra, maar dat mislukte door een hard slaande wind. Ik werd gedwongen de tocht Penang Penang - Medan Medan te nemen. Bijna twee maanden was ik onderweg tussen Signapore en Jakarta, via het schiereiland Malaka, Penang, Zuid Malaka (zeilschip), Medan, Padang Padang, Lampung Lampung, Zuid Sunda Zuid Sunda (prauw) en Jakarta. Onderweg kon ik boeken kopen over Indonesië. Onder andere Geschiedenis van Indonesië, wat ik opnieuw goed moest verbergen, omdat er een portret van mezelf in stond.

Dit zijn mijn boeken van vroeger en nu. Met de bedoeling het heden te kopen, maar er zijn veel bezwaren. Ten eerste geld, vervolgens moeten veel boeken uit het buitenland komen, en ten derde vanaf notities van de een of twee boeken waarvan ik aantekeningen had gemaakt maar puur uit de herinnering zijn opgeschreven, zoals ik hier met Madilog bedoel *. Gewoonlijk zijn het referentie boeken die worden geciteerd, in de literatuur die wordt geschreven onder de inleiding. Gewoonlijk krijgt het een bibliografie die werd gelezen door de schrijver. Maar in mijn geval, waarbij de bibliotheek niet werd meegenomen, verzoek ik pardon om te schrijven over speciaal die bibliotheek.

Hiermee wil ik alle twijfel wegnemen dat dit boek Madilog enkel en alleen verschijnt uit mijn eigen brein. Vanzelfsprekend welke auteur of schrijver ook en hoeveel ook zijn leerling van andere denkers uit hun samenleving zelf of van een andere samenleving. Op zijn minst zijn zij beïnvloed door de leraar, gelijkdenkende kameraad, zelfs door de vijand zelf.

Is er meer! Hoewel ik niet zal en niet precies en volledig, woord, zin, pagina en naam van het boek, kan bekritiseren de idee van een ander mens dat naar voren zal worden gebracht, denk ik scheelt nauwelijks in betekenis van wat ik beargumenteer.

Al Gazali filosoof en vormer van Islam, werd als ik me niet vergis op een zeker moment getroffen door roof. De rover maakte ook al zijn boeken buit. Daarna nam Al Gazali nam al zijn boeken op in zijn verstand door ze van buiten te leren. Gelukkig (zijn gebruik) het van buiten leren van Al Gazali, is nu erg duidelijk voor ons.

In mijn kindertijd leerde ik natuurlijk ook van buiten, maar niet in mijn moeders taal, maar in Arabisch en Nederlands. Maar toen een beetje verstand kreeg, raakte ik bedroefd en kreeg ik ruzie met die vaardigheid. Toen werd ik me bewust, dat gewoonlijk memoriseren niet de ontwikkeling vergroot, je zelfs dom maakt, mechanisch, als een machine. Wat ik me herinner is niet meer de betekenis van een zin, maar de klank of pagina van boek, waarin de zin stond geschreven. Bovendien wanneer er heel veel lessen waren, het echt niet meer van buiten kon leren. Maar ik begrijp ook het gebruik van de kennis die altijd in het verstand zit. Zo sla ik de middenweg in: goed compact in beide opzichten.

Van buiten leren, ja, van buiten leren, maar wat betreft iets wat ik al goed begrijp, van buiten leren zijn afgekorte `essentie`. In die periode op de school Raja Bukit Tinggi, maakte ik al lang en borg op in het verstand, woorden die geen betekenis hadden voor een ander, maar vol met kennis voor mezelf.

Voor de kortheid van deze analyse, is het woord geen woord, ik noem het `ezelsbruggetje`(ezelbruggece) hoewel niet gelijk aan het bekende ezelsbruggetje. Om te reageren op de vraag wie van twee landen zal winnen bijvoorbeeld, gebruik ik het ezelsbruggetje: `AFIAGUMMI`.

De eerste letter A bevat een Engels woord, dat is (A)rmament. Met de betekenis lucht-, land- en zeemacht. Ieder afzonderlijk heeft zijn eigen verhaal en de letter A als eerste kan leiden tot een ander `ezelsbruggetje` zoals ALS, dat is een samenstelling van de letters tot een woord (A)ir (lucht), (l)and (land) en (S)ea (zee) forces (strijdkrachten). Na de vergelijking wat betreft Armament tussen die twee landen, moet de kwestie worden getoetst aan een tweede, te weten Finance, het deel door de letter `F`. financiën enz.

Dus dit 'ezelsbruggetje` AFIAGUMMI heeft misschien een kwart of een halve brochure nodig wanneer het wordt opgeschreven. Voor economie, politiek, oorlogstactiek, wetenschap enzovoorts heb ik `ezelsbruggetjes` opgeborgen. Daar de belangrijkste boeken die ik las in de Engelse taal waren, zijn dus mijn `ezelsbruggetjes` stellig in beginsel of voor een deel Engelse woorden.

Als het niet in de honderd, zijn het ongetwijfeld tientallen `ezelsbruggetjes` in mijn hoofd. `ONIFMAABYCI AIUDGALOG` dat klinkt als Sanskriet, maar geen Sanskriet of Hindu is, maar economische theorie die tegenover de economische theorie van Mahatma Gandhi staat.

Als mijn lichaam gezond is, zijn de woorden van die leraar gewoonlijk makkelijk te begrijpen. Dat onderwerp liet ik groeien en deed het in het `ezelsbruggetje`. Toen op mijn aantekeningen op papier of in een boek bijvoorbeeld beslag (geconfiskeerd - aantekening uitgever) werd gelegd in Manila of Hongkong door de politie, hadden die woorden die ze lazen bijgevolg geen betekenis te weten, het maakte hun zelfs dagen lang duizelig in het hoofd, gissen naar het niets.

In het boek dat wordt geschreven in de laatste dagen (bij een lang leven!) kan ik dan doorgaan met mijn verhaal van het `ezelsbruggetje`. Ik beschouw dat `ezelsbruggetje` als heel belangrijk voor een leerling op school te leren en het belangrijkst voor een rebelse vluchteling. Moet niet de politiek vluchteling zijn last verlichten, zijn verlichting? Hij mag niet worden bezwaard door aanschouwelijke voorwerpen, zoals boeken of kleren. Zorg in de eerste plaats niet gebonden te worden door echtgenotes, familie alsmede vrienden en kameraden. Hij moet zich een houding geven en handelen als `marsuse` (militair uit aanvalseenheid - aantekening editor) die iedere seconde klaar staat te vertrekken, alles wat hem innerlijk en uiterlijk kan binden achter zich latend.

Kortom hoewel ik geen boeken heb of mijn boeken heb verwaarloosd, verspreid, laten vergaan of verdwijnen in Europa, China, de Indische Oceaan of in de visvijver voor het huis van meneer Tan King Cang in Upper Serranggoon Road, Signapore, heeft het geen betekenis de boeken met betekenisvolle `onderwerpen` te ontberen.

Maar die oude voorwerpen zijn waarschijnlijk stuk. Notities of begrippen die ik naar voren breng uit ideeën van andere mensen zijn misschien niet compleet of wijken in betekenis af. In deze kwestie verzoek ik nog een keer om pardon en sympathie.

HERINNERINGEN

Dit boek werd gevormd uit inzichten die jaren werden opgeborgen in mijn gedachten, in een stormachtig leven. Hier wordt een raamwerk gemaakt in betekenis en op het terrein van materialisme, in betekenis en op het terrein van dialectiek, en in betekenis en op het terrein van Logica. Afgezien daarvan, zal ook gedetailleerd beschreven en met elkaar in verband gebracht worden materialisme, dialectiek en logica, de één gelijk de ander.

Zowel materialisme als dialectiek, zelfs ook logica, hebben ieder afzonderlijk allerlei mogelijkheden en interpretaties. Dit materialisme kan worden uitgelegd op een mechanische wijze zoals machinedood of dode machine. Zelfs het volk van de mystiek, occult volk kan dat materialisme gebruiken, om de voortreffelijkheid van hun gegoochel of gegoochelde voortreffelijkheid te laten zien.

Dialectiek dat berust op ideeën en mysterie, dat in Hegelianisme tot zijn top kwam, werd gebruikt als materiaal om het innerlijk te verheffen en het verinnerlijken van de verhevenheid. Het denken van de bourgeoisie en het feodaal denken dat afhankelijk is van mystieke dialectiek is als een mier die wegspoelt op een stuk onkruid dat schommelt op de golven.

Logica heeft de top bereikt in het wetenschappelijk bewijs (Science) tegenwoordig in allerlei takken van wetenschap. Allerlei wetenschappelijke resultaten worden verfijnd en tot een eenheid gebracht tot effectieve logica als wijze van denken. Zo verblind de logica de ogen van de gebruiker van die logica zodra hij haar grens en zwakte uit het oog verliest.

Ook omgekeerd zijn er verschillende boeken die gebaseerd zijn op dialectisch materialisme in Europa in staat die logica uit te dagen, te vergeten of erg weinig belang aan die logica hebben gegeven. Voor het oosten algemeen en Indonesië in het bijzonder, dat tot op heden dat ik dit boek schrijf, nog donker, nog toegedekt wordt door allerlei geheimzinnige wetenschap, is die logica nog iets nieuws, heel noodzakelijk te leren kennen en begrijpen gecombineerd met dialectiek en materialisme.

Maar laten we niet opnieuw verdwalen door het verheffen en verenigen van die logica met haar onbekende grenzen en zwaktes. Bij ons wordt die logica gevormd in de sfeer van dialectiek! Die twee, logica en dialectiek zijn afhankelijk van materialisme. Andersom ook is dit materialisme vast verbonden met logica en dialectiek, zoals: materie, dat voorwerp bezit bewegende en stilstaande kenmerken, is onderworpen aan wetten van beweging, te weten dialectiek, samen met de wet van stilstand, namelijk logica.

Voor meer dan de helft van dit boek, tot ongeveer het einde van het gedeelte logica, is er geen boek, ten behoeve van de referentie - aantekening - gebruikt, omdat die er inderdaad niet was. Bijna alle notities zijn ontleend enkel en alleen aan de herinnering. Tijdens mijn zoektocht naar verschillende boeken die noodzakelijk zijn te worden geciteerd, als noten dus, waren die boeken in geheel Jakarta niet te vinden. In het begin stutte ik alle onderwerpen van dit boek op de herinnering van alleen ezelsbruggetjes, omdat ik de boeken die het betrof niet kon vinden. Maar na meer dan de helft van het boek te hebben geschreven , kreeg ik een artikel dat werkelijk kon worden onderzocht niet slechts tijdelijk, dat kon worden verlengd of worden verkort naar keuze.

Door de verschillende wijze van selecteren en toetsen van dat materiaal al zeker onderwerp van het hee boek niet zijn kenmerk, maar zijn vorm zomaar niet ook in evenwicht, harmonisch en niet eenstemmig. Hoewel ik het wil veranderen, heb ik er de kracht niet voor, omdat allerlei boeken als grondstof van het eerste gedeelte, inderdaad niet kunnen worden verkregen. Ik moet wachten tot de oorlog voorbij is, dan kan ik die verschillende boeken te pakken krijgen... dat is als er belangrijk materiaal en centen zijn.

Maar als Madilog nog vorm tekort komt, denk ik komt het niet eigenschappen te kort.

NAAR VOREN KIJKEN

Onlangs was ik in Jakarta aangekomen en ging een Nedelandse boekwinkel binnen die de grootste boekwinkel in Oost Azië is. Ik wilde een boek over logica kopen. In welke grote stad ook in dit Oost Azië. In Shanghai of Manila, Hongkong of Signapore, is het heel gemakkelijk voor ons dergelijke boeken te bemachtigen. In oude boekwinkels is het niet nodig lang te zoeken naar logica boeken opgesteld door Jevons of (Mill (Engels) of ook Jones (Amerika) e.a. In Duitsland, meer nog in Rusland, is het heel gemakkelijk boeken over dialectiek te verkrijgen.

Maar in de Nederlandse boekenwinkels in de hoofdstad van `Nederlands Indië` dat bewoond wordt door 70.000.000 zielen, is er geen één boek (populair of niet) dat oproept te denken over logica. Laat staan in kleinere winkeltjes! Een illustratie van de mentaliteit van een land dat slechts kaas en bloembollen produceert, maar het rijkste van de wereld is. Ik geloof dat op de hoge scholen in Nederland en in Indonesië wordt speciaal of al doende logica onderwezen. Maar ik denk dat ik niet ver naast de waarheid zit als ik zeg dat Engels sprekende naties (volkeren die in de Engelse taal spreken vooral Amerika) meer belang hechten aan het onderwijzen van het proletariaat, ten behoeve van de jonge man met verstand, maar niet bemiddeld is, zowel langs de route Hogere Burger School of met cursus en populaire boeken. Een zichtbaar kenmerk van het Nederlandse volk voor mij is het demagogische kenmerk, dat een bedriegelijke kenmerk is. Niet verbaast als een klein land met ongeveer één twintigste aan inwoners als Amerika en met een oppervlakte van één driehonderdvijfenzeventigste (1/375) van Amerika tweeënvijftig politieke partijen heeft (volgens een Engelse journalist die in Holland was toen het werd aangevallen door Duitsland (10-5-1940), dat is ongeveer 17 keer zoveel partijen dan die mee doen aan de verkiezingen in Amerika. Volgens de Nederlandse maat, moet dat Amerika meer dan 1040 partijen bezitten, als het op Nederland wil lijken in conflictueuze kwesties wat betreft onbenulligheden. Logica, vooral dialectiek, is geen wetenschap dat populair wordt gemaakt, tot een algemene wetenschap gemaakt, waar de koning van de olie (Colyn) en de koning van de tabak (Cremer) tiranniseren.

Al jaren bezit ik geen boeken, nu kan het geen kwaad meer voor mij, voordat ik dit boek `Madilog` schreef, mikten mijn ogen een ogenblik op het register, onderwerpen en pagina`s van boeken die dialectiek en logica bevatten. Maar omdat de grootste boekwinkel van Oost Azië en de piepkleine boekwinkeltjes in Jakarta niet één boek erover hebben werd mij helemaal het `ezelsbruggetje` opgedrongen dat opgeborgen lag in mijn hersenen. Nog eens pardon! Maar er moet hier ook worden opgetekend dat in de bibliotheek van het Bataviaas Genootschap, nadat `Madilog` bijna was afgeschreven ik toch verschillende boeken over logica in de Nederlandse, Engelse, Duitse en Franse taal aantrof.

MADILOG, is een combinatie van het begin van het stamwoord: (MA)-TERIE, (DI)-ALECTIEK, (LOG)-ICA. `Materie` vertaal ik met `voorwerp`, dialectiek met tegenstelling of beweging en logica met oproepen te denken. Een combinatie in de Indonesische taal klinkt niet zo lekker en legt het nieuwe denkbeeld zoals het `ezelsbruggetje` van mij ook niet bloot. Sinds alle woorden van boven al algemeen zijn in de talen van de grote landen van Europa, hoewel de taal is overgenomen uit het Latijn en Grieks, is het dus niet nodig voor ons die woorden over te zetten in onze taal.

Ik bedoel `Madilog` vooral als een wijze van denken. Niet een Weltanschauwung, wereldbeeld of manier van denken en kijk op de wereld of filosofie is als de trap van een huis, te weten erg dicht bijeen. Vanuit hoe een mens denkt kunnen we zijn filosofie vermoeden en vanuit zijn filosofie kunnen we weten met welke methode hij bij die filosofie aankomt.

Intelligente leerlingen beseffen ook, dat wanneer zij al één methode kennen, één wet, één sleutel om een groep van problemen op te lossen, hij dus niet die tientallen opgaven of tientallen antwoorden of honderden problemen van buiten gaat leren, maar houdt zich toch vast aan zijn methode of sleutel.

Veel problemen kunnen worden opgelost met logica, enkel denkregels. In ons dagenlijks leven dat verbonden is met eten, drinken, komen gaan, verkoop en koop en 1001 zaken in verband met onze omgang met kameraden, kinderen en echtgenote, moeten we ons niet duizelig laten maken door de dialectiek.

Tevreden impliceert niet het begrip honger, zoals volgens de dialectiek. Als het kind huilt, geeft de moeder onmiddellijk het haar borst. Zij denkt niet eerst ervoor dat het begrip huilen het concept lachen impliceert, en dat honger het concept insluit. Het één en ander mag niet worden gescheiden, als de denkwijze is gebaseerd op de dialectiek.

Op de lagere of middelbare school vechten we keer op keer met de denkwijze die gebaseerd is op logica. Berekeningen die we moeten doorlopen, ervaringen, expirimenten, in natuurwetenschap en scheikunde die de leraar doet voor ons, alles bevat logica. Hoewel in de dialectiek op een moment damp gelijk is aan water, ergo niet gescheiden maar verkleind(?), dus is water net als damp en hoeven wij geen berekeningen uit te voeren op basis van deze dialectiek. Water blijft water voor ons en bezit de eigenschappen van water, niet ook damp met de eigenschap van damp.

Maar we dieper gaan onderzoeken, als wij onderzoeken wat is en wat niet is, in de finesses onderzoeken, oorzaak en gevolg van iets, met andere woorden als we ons storten in de woedende golf van de filosofie, in de problematiek die in verbinding staat met de wereld, de samenleving, die verdwijnt of opkomt, zich beweegt en stilhoudt, over de lange of de korte termijn, over ingewikkelde kwesties, kunnen we dus niet tot een conclusie komen met enkel en alleen logica als gerei. We moeten natuurlijk de dialectiek gebruiken. War meer is, dialectiek is het belangrijkst.

De javaanse filosoof, de politiek deskundige of de intelligente criticus, de perfecte economie deskundige, moeten het wapen van de controverse gebruiken, zoals het wapen in de Indonesische spreuk: scherp is aan weerskanten, wanneer niet het wezenlijke lukt. De filosoof moet altijd lopen tussen beide polen, noord en zuid, eind en oorzaak, ja en nee, zijn en niet zijn. Even kan hij zijn verstand storten in wat is, even ook in wat niet is, en voor ieder afzonderlijk gebruik logica, maar voor het grote beeld over de lange tijd, moet hij bedenken ligt het op de pool niet - zijn, mag het één van het andere niet scheiden.

De econoom en politiek deskundige, kunnen even logica gebruiken, in het onderzoek naar verschillende kwesties in proletarische of kapitalistische kring, maar in de filosofie van de maatschappij van tegenwoordig, kapitalistische maatschappij, mag hij niet beide polen vergeten, de middenklasse met de noordelijke pool, de arbeidersklasse met de zuidelijke pool. Elkaar tegenovergesteld, kunnen niet worden samengesmolten. Hier woedt dialectiek.

Maar voordat wij een denkwijze kiezen welke door ons als belangrijkste wordt gebruikt, dialectiek of logica, moeten we onszelf vooraf afvragen, is die kwestie gebaseerd op matter, ding of idee, enkel alleen een denkbeeld, louter van de innerlijke geest.

Als het probleem is gebaseerd op een object, een duidelijk ding dat kan worden onderzocht met de vijf zintuigen, kan worden ervaren, mee worden geëxperimenteerd, die nieuwe problemen plaatsen we onder ons onderzoek. Alle duidelijke bewijzen die kunnen worden ervaren zullen premissen zijn, een etage van wet dan wel begrip vormen die wij zoeken.

Daarom noem ik het Madilog omdat het gebaseerd is op matter, object. Vanuit het gezichtspunt van deze matter beschouwen wij. Dit is voor mij dus een etage die de eerste fase is in een onderzoek. Misschien dat deze resultante of dit onderzoeksresultaat niet voldoende of helemaal fout is. Maar dit is niet veroorzaakt door een fout in het denken. Misschien duizelt het in mijn hoofd of is het bewijs niet volledig bij elkaar gebracht of gebruik ik uiteindelijk die manier fout.

Het is al normaal over dialectisch-materialisme of historisch-materialisme te horen. Deze woorden zijn inderdaad al voldoende bekwaam en worden altijd gebruikt in de kring van Marxisten maar deze benamingen zijn geboren in de westerse wereld te midden van Marxisten in een periode van veel logica, om het hoofd te bieden aan het standpunt dat zeer veel nadruk legt op logica. Wij die geboren zijn in de wereld van de mystiek, ook Hindoeïstische mystiek, mystiek die niet makkelijk wordt weggeveegd, wordt weggewassen, als eerste stut in de wereld van het denken dus, maakt het noodzakelijk voor ons de nodige logica voort te brengen. Onder de denkers uit de westerse bourgeoisie zijn er die de term dialectisch-materialisme bestrijden en critisch-materialisme bevorderen, dat is logisch-materialisme, maar deze naam schaft helemaal de dialectiek af, en is dus strijdig met Madilog.

Niettegenstaande gedeelten in ons lichaam, onze hersenen belangrijk en noodzakelijk zijn, lever, hart, darmen, enz. zijn ook belangrijk, maar zonder ruggegraat kunnen we niet staan. De boerenklasse is belangrijk, de handelsklasse in de wereld van nu is nodig, de intellectuele klasse is nodig, maar zonder de klasse machine arbeider, zal een Vrij Indonesië zeker niet kunnen bestaan en als het opstaat zal het niet stevig en lang kunnen zijn.

Aldus mijn inzicht voor ik naar het buitenland werd verbannen meer dan twintig jaar geleden. Onder de vlag van Dai Nippon nam dit inzicht niet weinig toe, integendeel nam sterk toe. De strijd van de nationalisten na de opstand van de PKI (1927), die werd geleid door de intellectuelen had al meer dan voldoende duidelijke bewijzen opgeleverd, dat de strijd die niet gebaseerd is op de alledaagse arbeiders een Vrij Indonesië niet zal worden bereikt. Een harde houding tegenover de moedige leiders van de arbeiders, een nog wredere houding werd ingenomen tegen de nationalistische leiders en geeft precies weer hoe we het imperialisme van Nederland tegenover allerlei groepen in de Indonesische samenleving die zelf bedreigd worden moeten taxeren.

Mijn inzicht in dergelijke groepen in Indonesië, heb ik al ten volle opgenomen in allerlei brochures, die ik zo net boven noemde. PARI, dat opgericht werd na de verplettering van de PKI staat boven de verantwoordelijke openbare macht en verborgen proletariaat en arbeiders van Indonesië. (ook hier advies svp)

Belangrijk is dat leven en dood van een land in deze wereld van het kapitalisme en imperialisme, af hangt van verschillende kwesties, bewapening, industrialisering, vooral wapens, ligging van het land, eenheid van veel van zijn bewoners, geestdrift onder de bevolking, ontwikkeling enz.

Als alle andere gemeenschappelijke kwesties (ligging land, ontwikkeling en hoeveelheid bevolking enz.), daarna in één strijd van industrialisatie uitmondt zal dat de beslissing geven. Die het sterkst is geëndustrialiseerd, is de groep die moet winnen. De huidige ondernemingen baseren zich op wetenschappelijk bewijs (science) en techniek, instrument. Dat instrument is een ding van staal en vermogen of zijn belangrijkste binnenste aardolie. Als er geen staal of olie is, kan het vliegtuig niet opstijgen, kunnen tank en auto niet rijden en komt een duikboot niet vooruit. Als dat ijzer en staal niet gevonden wordt in het land, maar in een ander land, vervult het zijn imperialistische betekenis voor dat land, moet het alle belangrijke voorwerpen in handen hebben als één land vol is met die voorwerpen, maar als zijn bevolking een slappe geestdrift heeft, zwak intellect, zonder eenheid is en ook niet vrij is, dan zal dat land prooi of voedsel worden voor een ander moedig land.

Er is in deze wereld geen land dat gunstiger ligt als de ligging van Indonesië. Voor oorlogsoperaties is er geen betere plek. Wie dan ook die het bezet, terwijl al de andere omstandigheden gelijk zijn, die moet de oorlog winnen. Wie niet die positie krijgt zal het vroeg of laat afleggen. Kijk maar daar de wereldkaart. Dat was mij al eerder doordrongen. Heel veel ijzer en van heel goede kwaliteit volgens een verslag van het Bataviaasch Nieuwsblad uit 1935 (?) - als ik me niet vergis - is Noord Indonesië, Filipijnen Filipijnen. IJzermijnen van Malaka Malaka en de Filipijnen lopen inderdaad al. Sulawesi Sulawesien Kalimantan Kalimantan hebben erg veel grond dat ijzer bevat.

De olie van Sumatra, Kalimantan, Irian Irian is al zo beroemd in de hele wereld, daar hoeven we niet langer meer over te spreken. Bauxiet en aluminium beide om samen te smelten tot sterk hard staal wordt al vervaardigd in Riau Riau en zal worden gemaakt in Asahan Asahan. Ander oorlogsmaterieel, zoals: tin, rubber en copra (voor de verschrikkelijke TNT bom wordt de olie van de klapper gebruikt) wordt meer gevonden in Indonesië dan in de hele rest van de wereld bijelkaar.

Een schrijver van boeken uit Amerika heeft al eens voorspeld, dat als een land als bijvoorbeeld Amerika de macht over de oceanen en de wereld wil hebben het eerst met Indonesië moet vechten als basis voor zijn macht. De amerikaan kon niet voorspellen of de bevolking van Indonesië weldra mogelijk over zichzelf zal regeren, niet prooi of voedsel voor andere landen zal zijn, zoals na meer dan deze afgelopen 300 jaar.

Ik ben al bekend met de ijzermijnen van Malaka en Noord Indonesië, Filipijnen. Onlangs bewonderde ik de grootse olie boringen in Pangkalan Bradan Pankalan Bradan, Pelaju Palaju en bij derivier Gerang Sungai Gerang. Ik weet dat er olie boringen zijn op Tarakan Tarakan en Balikpapan Balikpapan, steenkool in Malaka, Sawah Lunto Sawah Lunto, Bukit Assam Bukit Assam enz., tin op Bangka Banka en Belitung Belitung. Ik weet dat honderduizenden arbeiders gebonden zijn aan de trein, tram, auto, zeeschip en vliegtuig, post, telefoon, telegram en radio. Honderduizenden arbeiders in werkplaatsen, ijzerfabrieken, chemie, suiker, thee, kledingstoffen, zeep enzovoorts. In de tijd toen ik vertrok meer dan 20 jaar geleden was het aantal arbeiders al 2 of 3 miljoen mensen. Nu zeker meer dan toen. De hoeveelheid en hoedanigheid van ondernemingen in deze afgelopen 20 jaar is inderdaad toegenomen. Zo ook de hoeveelheid en de hoedanigheid van het leger arbeiders.

Arbeiders in olie mijnen, ijzer, tin, werkplaatsen en fabrieken en het transport die vormen de ruggegraat van de Indonesische economie. Dit is het volk dat kan worden gemobiliseerd om zich te verheffen en een Vrij Indonesië te laten slagen dat zuiver en ononderbroken die vrijheid verdedigd. Kom nader tot deze arbeiderskring! Ga je klas binnen! Met deze klasse gezamenlijk met andere groepen, dus een arbeidersklasse alsof het een klas is dat als een `terras` omgeven is door hout en huid, wanneer die wil slagen echte vrijheid te bereiken en een staat op wil richten dat overeenstemt met een gelijke vedeling van welvaart en broederschap.

Maar meneer moet de samenleving van nu bestuderen, met een denkwijze die gebaseerd is op voorwerpen, niet het innerlijk, dat tegenstrijdig is, geen verzoening, wetten van denken gebruiken die geenszins fantastisch zijn, bijgeloof is, willekeurig. Het belang uiteenzetten van het voorwerp voor de gezondheid, ontwikkeling, beschaving, vrijheid en geluk. De tegenstelling bestuderen van loon en fortuin, de tegenstelling proletariaat en kapitalisme. De tegenstelling politieke werknemers en politieke werkgevers en uiteindelijk de tegenstelling tussen de beschaving van het arbeidersvolk en de beschaving van de rijke lui die niets doen. Verduidelijk van het standpunt van het proletariaat in deze kapitalistische wereld. Herinner, dat zij arbeiders zijn, die de economische vloer bezetten van de Indonesische economie. Wek de kritische levensgeest op - bestrijden - in een samenleving die inderdaad staat boven de verschillende groepen die elkaar bestrijden. Daarom wek de levensgeest tot aanval om ten val te brengen wat oud en versleten is en op te richten een samenleving die nieuw is - hecht - sterk.

Benader hen niet, die werknemer, met `mystieke logica`. Of als het meneer pleziert zal mystieke logica of dialectische mystiek van de heer oprecht gebeuren. Dientegevolge werkelijk die logica of dialectische mystiek doorlopen. Maar vertel oprecht, dat die voorwerpen geen enkele zin hebben, als zij worden vergeleken met het hiernamaals. Maak propaganda dat voorwerpen en genoegens in het hiernamaals meer dan voldoende zijn, lekkerder en blijvender. Of overeenstemmen met de filosofie van Gautama Boeddha, zeg dat die voorwerpen een reeks zijn, een karma dat aan ons leven is geregen, dit leven van beproeving. Ga daarom akkoord met en volg de standpunten en hun verschillende maatregelen van sektes of mystieke groepen, die het goede zoeken voor deze mislukte wereld, op een wijze die goed is voor... ... ... de dood, dat voor hen is dood-leven. Vertel openlijk dat de dood beter is dan het leven. Doe zo, opdat de theorie overeenkomt met de praktijk, woord met gedrag. Door openlijk en consequent te praten, kan het arbeidersvolk kiezen tussen wat goed is in Madilog of Mystieke Logica.